Deze week een paar tips om toch effectief te kunnen trainen in de sneeuw.
 

  1. Verkort je training. In de sneeuw loop je vaak enigszins verkrampt om voldoende grip op de ondergrond te houden en niet onderuit te gaan. Hierdoor is de loopbelasting hoger dan normaal. Daarom is het verstandig om je training te verkorten.
  2. Verlaag je snelheid. Wat voor de afstand geldt, geldt ook voor de snelheid. Precies om dezelfde reden als hierboven beschreven.
  3. Loop zoveel mogelijk door verse sneeuw. Sneeuw die net gevallen is, of waar nog niemand doorheen gelopen of gereden heeft geeft de meeste grip (en demping). Vaak kraakt het ook nog lekker onder je voeten. Lopen door deze soort sneeuw gaat het gemakkelijkst.   
  4. Trek spikes aan. Indien je op onverharde stukken loopt kan je (cross)spikes aantrekken. Draai lange punten onder je schoenen – minimaal 9mm – en je hebt doorgaans voldoende grip. Voordeel van sneeuw is dat het zacht is. Ondanks je spikes heb je toch voldoende demping en is  lopen op spikes in dat geval niet veel belastender dan lopen op gewonen schoenen. Maar nog steeds geldt: niet te lang en doe het rustig aan. 
  5. Pas je techniek aan. Vaak gaat dit vanzelf. Als het een beetje glad is maak je automatisch kortere en snellere passen. Beeld je maar eens in dat je met je normale loopstijl over glad ijs gaat hardlopen. Dat zal niet lukken, je hebt geen grip en nauwelijks afzet. Hardlopen in de sneeuw  is een goede techniektraining. Je leert lopen op een hoge pasfrequatie, zodat je niet uitglijdt. Een oefening waar je anders wellicht helemaal niet aan toekomt! 
  6. Loop op paden die je kent. Door de sneeuw vallen oneffenheden je nauwelijks op. Een boomstronkje zie je zo over het hoofd. Daardoor loop je een verhoogd risico op enkelkwetsuren.
  7. Vergeet vooral niet te genieten van de mooie omstandigheden!